Het grondbeleid van de gemeente is een belangrijk sturingsinstrument voor de invulling van de aanwezige en toekomstige bouwmogelijkheden in onze gemeente. Grondbeleid is geen doel op zich, maar een middel om ruimtelijke en volkshuisvestingsdoelen te kunnen bereiken.

De basis voor het gemeentelijk grondbeleid is vastgelegd in de Nota Grondbeleid, die op 5 maart 2009 door de raad is vastgesteld. In deze nota wordt op alle facetten van grondbeleid ingegaan. Een belangrijk element is dat er waar mogelijk een actieve grondpolitiek gevoerd zal worden. Dat houdt in dat er geen afwachtende houding in de verwerving en het onderhandelen met ontwikkelaars wordt ingenomen. Grond wordt zoveel mogelijk zelf verworven en ontwikkeld. De voordelen hiervan – o.a. zelf sturen in prijsstelling, ruimte kunnen bieden aan particulier opdrachtgeverschap en de opbrengsten ten goede laten komen aan de algemene fysieke ontwikkeling van de gemeente – zijn evident en vormen een lofwaardig streven. De woningbouwprognoses en de bestaande grondposities van zowel de gemeente als projectontwikkelaars zorgen er voor dat er op dit moment geen actieve houding is om nieuwe gronden aan te kopen. Mochten er gronden aan worden geboden, dan hanteert de gemeente een positieve grondhouding.

Ook bij private ontwikkelingen kunnen we sturen op ruimtelijke en volkshuisvestelijke doelen. Dit doen we via de invulling van het benodigde ruimtelijke plan en het afsluiten van (anterieure) overeenkomsten. Daarbij kunnen we op grond van de Grondexploitatiewet kostenverhaal (van te maken gemeentelijke kosten) plegen. Via anterieure overeenkomsten zal de gemeente afspraken vastleggen over o.a. de wijze waarop plannen gerealiseerd worden, de procedure, planschade en het kostenverhaal.